de extra versterking is vooral toegespitst op de zendamateurbanden, daarbuiten lever je bandbreedte in.
om even eenvoudig te visualiseren:
neem een stukje touw o.i.d. en leg dat op tafel, het midden van het touwtje is de gewenste frequentie en van uiteinde tot uiteinde de bandbreedte.
plat op tafel; een breedbandige antenne zonder versterking
nu gaan we het midden van het touwtje iets optillen wat je moet zien als versterking van de gewenste frequentie, ze zult zien dat de uiteinden van het touwtje naar elkaar toe komen; een antenne met iets versterking, maar minder bandbreedte.
ga je het touwtje nog meer optillen, dan komen de uiteinden nog meer naar elkaar toe; dus hoe meer versterking, hoe minder bandbreedte.
dus er is meer winst rond 145 MHz, richting de VHF luchtvaartband en de hoge VHF lever je in.
hetzelfde geldt natuurlijk ook voor de UHF.